Boeken van Alyson Richman

Italië, 1943. De jonge Elodie stapt met valse papieren van boord in de Italiaanse kustplaats Portofino. Na de barre, gevaarlijke tocht, moet ze nu ongezien langs een Duitse officier zien te glippen om paspoortcontrole te voorkomen. Onverwacht krijgt zij hulp van de mysterieuze dokter Angelo Rosselli.

Een paar maanden daarvoor was Elodie nog een begaafd celliste in Verona, maar door de machtsovername van Mussolini loopt niet alleen zij, maar ook haar familie gevaar.

Verscheurd door pijnlijke herinneringen en bittere verliezen vinden Elodie en Angelo in de donkere oorlogstijd steun bij elkaar. Zijn ze in staat het verleden te laten rusten?

In de zomer van 1890 komt Vincent van Gogh aan in het Noord-Franse dorp Auvers-sur-Oise. Marguerite Gachet, de dochter van zijn behandelend arts, wordt tot over haar oren verliefd en begint een geheime relatie met hem. Vincent laat zich door Marguerite inspireren en schildert als nooit tevoren.

Alyson Richman geeft een meeslepende, geloofwaardige interpretatie van de laatste zeventig levensdagen van Vincent van Gogh, een periode die door kunsthistorici nooit helemaal doorgrond is.

De muze van Vincent schetst een fijnzinnig beeld van het vrouwenleven eind van de negentiende eeuw - maar leest in de eerste plaats als een overrompelend, schrijnend liefdesverhaal.

Mijn vader was maskermaker. Als kleine jongen zag ik hoe zijn vak zijn gezicht overnam. Terwijl andere jongens zien hoe het gezicht van hun vader een uitwaaierend labyrint van rimpels wordt, werd dat van mijn vader een gladde stenen plaat. Hij had een breed, plat gezicht en een huid die zo dun uitgerekt was dat bij blauw leek. Deze man, die de vage groene geur van cipressen en de kilte van staal met zich meedroeg, kon slechts een paar woorden tegen me stamelen, maar urenlang staren van achter zijn zwarte, bodemloze ogen. Vader was een eenzame en beroemde man, en ik zijn eenzame en verwarde zoon. Hij weduwnaar, ik moederloos, zo leefden we stil vlak bij de berg Daigo, binnen de muren van Kyoto.

Na een leven vol tegenslagen en teleurstellingen leidt de maskermaker een teruggetrokken bestaan en wijdt hij zich volledig aan het maken van maskers voor het traditionele Japanse theater. Zijn enige wens is aan Kiyoki, zijn zoon, zijn liefde voor hout en houtsnijwerk over te brengen. Kiyoki droomt echter van een carrière als schilder en vlucht naar Parijs, waar hij een van de eerste Japanse bannelingen is. Hij geeft alles op voor de kunst: familie, liefde, vriendschap en roem. Toch ligt Kiyoki's hart in Japan en zal hij zijn eigen manier moeten vinden om oost en west, oud en nieuw in zijn leven te verenigen.

Parijs, 1940. De jonge Solange laat een laatste blik door haar grootmoeders appartement gaan. De schilderijen van gerenommeerde kunstenaars, Chinees porseleinen vazen. Ze herinneren aan een verleden vol luxe, mysterie, liefde en verlies. Solange denkt aan de belofte die ze haar oma deed: ze zal ze verbergen.

Met pijn in haar hart denkt ze terug aan de afgelopen jaren. Hoe ze haar onbekende grootmoeder leerde kennen, Marthe de Florian, een elegante dame, mysterieus en eigenzinnig. Haar diepblauwe ogen, waarin Solange zichzelf herkende. De urenlange gesprekken, waarbij ze meegevoerd werd naar het Parijs van de belle époque. Als courtisane van de adellijke Charles leefde Marthe een bewogen en onafhankelijk bestaan.

Geleidelijk leert Solange ook steeds meer over haar eigen verleden. En ze ontmoet - net als haar grootmoeder destijds - de liefde van haar leven: de Joodse boekhandelaar Alex. Maar nu de situatie in Parijs steeds benauwder wordt lijkt haar toekomst allesbehalve rooskleurig. Zal hun prille liefde de Duitse bezetting overleven?

De Chileense Salomé komt na haar vlucht voor het Pinochet-regime in Zweden terecht. Daar wordt ze voor haar traumatische ervaringen behandeld door de psychiater Samuel die zelf ooit voor de nazi's heeft moeten vluchten. Op het moment dat Salomé en Samuel elkaar ontmoeten, komen de verhalen van verschillende personen om hen heen bij elkaar.

Alyson Richman beschrijft op poëtische wijze hoe mensen met heel verschillende achtergronden elkaar kunnen vinden in hun ervaringen. Een Zweedse tango is een aangrijpende roman over verwerking van het verleden en daarnaast een intrigerende confrontatie tussen het warme Chili en het koude Zweden.

In het Praag van de jaren dertig dromen Josef en Lenka over hun toekomst. De geliefden trouwen ondanks de dreiging van het nazisme. Maar wanneer de oorlog uitbreekt, verliezen ze elkaar uit het oog. Gescheiden door een oceaan bouwen ze ieder een nieuw leven op.

Nu, meer dan zestig jaar later, geeft het lot hen een laatste kans het verleden uit te wissen. Een ontmoeting tussen twee schijnbaar onbekenden roept emotionele herinneringen op. Is er nog ruimte voor een gedeelde toekomst wanneer het verleden bruut vernietigd werd? Of is deze ontmoeting een kans om oude pijn eindelijk los te laten?