Boeken van Lydia Rood

Marie d’Harcourt wordt in 1405 uitgehuwelijkt aan de Gelderse hertog Reinald IV met het doel hem een wettige nakomeling te bezorgen. Reinald wordt opgeslokt door territoriale oorlogen en heeft weinig geduld met zijn belezen vrouw. Hoewel de hertog een spoor van bastaardkinderen nalaat, lukt het Marie niet om een erfgenaam op de wereld te zetten. Na een miskraam en een dramatische nacht op slot Rosendael wordt het Marie duidelijk dat Reinald de hoop heeft opgegeven.

Marie klampt zich vast aan het geloof. Met evenveel overgave stort ze zich op de opvoeding van Arnold, het zoontje van haar vriendin Mia van Arkel. Reinald en Marie drijven steeds verder van elkaar weg als blijkt dat ze met hun ambities voor de toekomst van Gelre faliekant tegenover elkaar staan. In de eigengereide Gelderse steden vindt Marie onverwachte bondgenoten.

De maagd van Rosendael is een indrukwekkende roman over een goed opgeleide vrouw die zich staande houdt in het woelige Gelre aan het begin van de vijftiende eeuw.

Hartfalen is een Gelderse novelle van Lydia Rood. Een donker sprookje voor volwassenen met alle ingrediënten die je van deze gelauwerde auteur kunt verwachten: spanning, humor, surrealisme, erotiek en een weergaloze stijl.

Lydia Rood liet zich bij het schrijven van deze novelle inspireren door haar eigen jeugd in Velp en het familiehuis in de bossen bij Putten. Een houten huis dat fungeert als zinnebeeld van hoop, weemoed en vergankelijkheid.

Dit is een exclusieve uitgave in de reeks van GelderBoek Literare - gebonden met linnen of suède rug met goudopdruk, leeslint, binnenwerk in tweekleurendruk met speciaal voor dit boek vervaardigde illuminaties, beperkt aantal exemplaren individueel genummerd en voorzien van preegstempel.

Jacomijn Stout is dertig jaar oud en woont in Rotterdam als haar vader haar onverwachts aan een onbekende belooft: de drukker Simon de Vries. Omdat haar vader op sterven ligt, belooft ze met Simon te zullen trouwen, ook al kan ze haar grote liefde niet vergeten.

Toen ze een jong meisje was, is het schip waarmee het gezin zou emigreren gekaapt door Barbarijse zeerovers. Als slavin werd Jacomijn in Algiers verliefd op een kaperkapitein. Het verleden haalt haar in als er een 'Turk' voor de deur staat met een brief van haar vroegere geliefde.

Lydia Rood schetst in Turkenliefje een levendig beeld van de gevaren op zee, het leven achter de gevels van het zeventiende-eeuwse Algiers en het harde bestaan in de Republiek, die opkrabbelt na het rampjaar 1672.

Alles stroomt - dat wist ik al voor ik kon zoenen. Mijn vader hield het zijn kinderen keer op keer voor. En als alles stroomde, moest je maar nergens op rekenen.

Ik zit - met hem op schoot - op een krib niet ver van het veer, onder het groene bordje met de punt omhoog. Voor mij langs stroomt de IJssel, mijn IJssel, de meest wulpse van de lage landen. Andere rivieren moet ik niet. De Rijn gooit zich bij binnenkomen onmiddellijk plat op de grond, als een onderdanige hond. Lek en Waal kruipen onopvallend voort, en de Maas doet wel frivool, maar zodra ze de polder ruikt, raapt ze haar aktetas op. Terwijl de IJssel zich ongeremd in bochten wringt als de kanten onderjurkzoom van een cancandanseres.

Ik hou van die ouwe IJssel, tot tranen toe: ze is mijn vader en mijn moeder en mijn grote zus, ze is een oude vriendin en ze is altijd gebleven. Ik klop op de pot. 'Sorry pap', zeg ik, want ik huil niet om hem.

* Voor het boek Nederland leest de mooiste korte verhalen, dat werd samengesteld door A.L. Snijders, koos Snijders het korte verhaal Bloempluis van Lydia Rood als een van de verhalen voor de editie Gelderland.

* Nederland leest de mooiste korte verhalen was een cadeau van de Openbare Bibliotheek, ter gelegenheid van Nederland Leest 2015.

Doen alsof bevat de volgende titels:

1. Louter lust
2. Gedeelde genoegens

* Deze titel is alleen uitgegeven als Dwarsligger.

Je bent advocaat. Je weet je weg in het recht goed te vinden en iedereen is tevreden over je. Je werkt hard. Je bent ervan overtuigd dat wie gelijk heeft ook gelijk moet krijgen.

Maar zo eenvoudig liggen de zaken niet altijd. De verhalen in Handel in gelijk gaan over de dilemma's van de advocatuur. In heldere taal en herkenbare dialogen schrijft Lydia Rood over die lastige situaties waarin een advocaat moet kiezen tussen wat hij volgens de regels zou moeten doen en wat hij volgens zijn gevoel graag zou willen doen.

Neem dat leuke, jonge stel dat met een goed idee het gras voor de voeten van een rijke uitgeverij wegmaait. De bladengigant spant een proces tegen ze aan in de wetenschap dit nooit te zullen winnen. Moet de advocaat het stel waarschuwen voor de macht van het grote geld?

Of de pleger van een ernstig zedenmisdrijf. Niemand wil hem verdedigen. Iedereen vindt hem een monster. Maar hij heeft toch ook recht op rechtsbijstand?

In Handel in gelijk belicht Lydia Rood nu eens de andere kant van het juridisch spel: niet de overtreders, niet de slachtoffers, maar de verdedigers.

* Handel in gelijk is een uitgave ter gelegenheid van het samengaan van Winters & Bosnak Advocaten en Derks, Star Busmann, Hanotiau en in beperkte oplage uitgegeven.

Lydia Rood schreef voor deze uitgave bij vijf oude clichés enkele jeugdherinneringen aan haar geboortedorp, het Gelderse Velp. Ze deed dit op verzoek van Dick Ronner, de drukker van het boekje, die daar een jaar eerder dan zij geboren werd.

In het boekje staan korte verhalen over Rosendael, de kettingbrug in het park bij dit kasteel, de vijver (bij Overbeek), kasteel Biljoen, de Oude Jan en de watermolen.

* Uitgegeven in een oplage van 75 exemplaren.

Nergens komt het menselijk tekort beter aan het licht dan in het donker. Wij hopen in bed louter hoogtepunten te beleven, maar dan ligt er een drankorgel in de weg of iemand neemt je in je slaap. Mannen zijn tot alles bereid, en vrouwen ook. Dus waar gaat het dan mis?

Een serie van 30 erotische verhalen die Lydia Rood schreef voor Playboy, Penthouse, Viva en Sekstant.

Taal is een levend organisme. Hij buigt, hij kraakt en hij barst soms uit zijn voegen. Door nieuwe mensen, vindingen en gewoonten is hij voortdurend in ontwikkeling. En omdat iedereen kan praten, heeft iedereen er verstand van. In Hun verloedere me taal verwoordt Lydia Rood gevoelens en opvattingen van sprekers, lezers en kommaneukers. Ze brengt misstanden aan het licht, deelt klappen uit, maar is goedmoedig over ontwikkelingen die het wezen zijn van elke taal.

Lydia Rood heeft de Nederlandse taal bekeken door de ogen van buitenstaanders: haar luisteraars via de Wereldomroep. Ze schetst haar bevindingen in meer dan honderd dikwijls hilarische columns, gebundeld in een fraai cadeauboek. "Met ons allen proberen we de taal in model te duwen. Maar zoals De Taalprof zegt: 'Taal is een levend organisme.' Niet te hard porren dus", aldus de schrijfster.

* Kopers van het boek kunnen gratis het ebook en het luisterboek van Hun verloedere me taal downloaden.